Terug naar homepage

FIDDLER IN THE HOOD

Blog van Marijke de Raadt

woensdag 13 oktober 2010

De Ierse muziek en ik

Soms weet je heel zeker dat iets de rest van je leven bij je zal horen en niet meer weg zal gaan. Bij mij was dat toen ik voor het eerst Mulligans Irish Bar aan de Amstel binnen stapte. Een pijpenla met een miniem podiummetje, waar 4 van de 7 avonden Ierse folk wordt gespeeld. De vriendelijke populatie van alle leeftijden en nationaliteiten, de combinatie van bier en salt en vinegar chips en natuurlijk die omarmende, opzwepende Ierse volksmuziek – ik wilde er nooit meer weg en eigenlijk ben er ook altijd gebleven. Ik vermoedde al dat dit cafĂ© Ierland in het klein moest zijn en toen ik een paar jaar later voor het eerst voet op Ierse bodem zette, zag ik dat het klopte: ik was in Mulligans in het groot terechtgekomen.

Nu had ik vanaf mijn 10e vioolles gehad, maar mijn studentenbudget stond geen vioolles toe dus bleef het spelen beperkt in die dagen tot een enkel klassiek duetje. Meespelen met de zondagmiddag jamsessies van Mulligans was een mooi maar onbereikbaar ideaal, want de ellende met Ierse tunes is dat je allemaal hetzelfde speelt. Van blad lezen bestaat niet in de eeuwenoude orale traditie van Ierland dus moet je ze uit je hoofd kennen. Op mijn tweede reis naar Ierland heb ik de Ierse folkbijbel O'Neils 1001 Jigs, Reels, Hornpipes, Airs and Marches gekocht (kennelijk zijn ze allemaal toch een keer opgeschreven, voor touristen ofzo), die vervolgens onaangeraakt op de muziekboekenstapel bleef liggen. Wel ben ik met enige regelmaat naar Mulligans blijven gaan, iedere keer weer een warm bad door alle woelige tijdperken heen.

Pas nu, 20 jaar later (sinds wanneer kun je periodes van je leven in hemelsnaam met meerdere decennia aangeven?) ben ik serieus bezig om tunes in te studeren en samen te spelen, bij een folkworkshop van het Muziekpakhuis en in een eigen groepje. De zondagmiddagsessies zijn nog steeds onbereikbaar naar verluidt, want die geklofte muzikanten moeten maar net die ene tune inzetten die je goed genoeg kent en denk maar niet dat ze blij zijn als je als beginner met jouw liedje aankomt. Wat me het afgelopen jaar veel heeft bezig heeft gehouden, is waarom ik daar nou toch niet eerder mee ben begonnen, toen ik nog een bloeiende folkcarriere had kunnen opbouwen, met muzikantenvrienden en optredens en eindeloos veel muziek. Ik bedoel, ik lijk dat nu in bescheiden vorm alsnog te hebben en geniet enorm daarvan, hoef echt niet meer de wereld over te touren om de nieuwe CD te promoten maar.... waarom gun ik mezelf deze muziek en dit speelplezier pas nu? Ik kon daar tot tranen toe verbaasd over zijn.

Totdat ik het laatst snapte. Ik was weer eens in Mulligans, en zag daar een Ierse muzikant die daar al zolang komt als ik, in diverse bands speelt en waarschijnlijk alle 1001 uit zijn hoofd kent. Hij maakte een wat trieste alchoholische indruk. En opeens wist ik het: als ik me op mijn 20ste in de Ierse folkwereld had gestort, dan zou ik er nu zo uit zien, of getrouwd zijn met zo een. En misschien wel met 6 kinderen in een tochtig huis in Limerick lopen sloven, of aan lager wal zijn geraakt. Nee dan liever met mijn viool in de trein naar mijn nieuwe leraar Iers fiedelen en met twee workshopgenoten in mijn huiskamer zitten repeteren voor de verjaardag van een van hen. Ik denk niet dat ik gelukkiger was geworden dan als ik toen met de muziek mee was gegaan.

Afbeelding: Ierse artiesten in Mulligans

2 opmerkingen:

  1. alles heeft een ritme - wel grappig in dit verband-, en komt op zijn tijd blijkbaar. lijkt me trouwens een heerlijke uitdaging, jezelf muziek gunnen.. :-)

    BeantwoordenVerwijderen
  2. het dorpsgevoel..leuke invalshoek voor een community! folk leent zich daar goed voor, als de sfeer van Muziek in de Buurt tijdens avonden nou zo goed is als in Mulligan's tijdens sessies...dat sfeertje, dat zou geweldig zijn.

    BeantwoordenVerwijderen